Patrick Prugne kennen we van onder meer Canoë Bay, Frenchman en nog wat niet-vertaalde indianenverhalen. Voor het one-shot Poulbots gaat hij ook de historische toer op, maar kiest hij voor Frankrijk als decor in plaats van Noord-Amerika, en nog specifieker de Montmartre in Parijs.
Enkel in de hardcovereditie zit een 24 pagina’s tellend achtergronddossier vol met schetsen. Deze versie is 80 pagina’s dik. De softcover van 56 pagina’s verschijnt in juni.
“In het hart van Montmartre volgen we vijf arme kinderen, kleine poulbots die de strijd aanbinden met een malafide projectontwikkelaar, een ‘baksteenbons’ die hen wil verdrijven van hun kikkerkweekvijver. Om hun bron van inkomsten te beschermen, zijn de poulbots tot alles bereid, maar ook de projectontwikkelaar gaat over lijken, zeker als die lijken hem — naast een stevige duit — ook eeuwige roem kunnen opleveren!
Francisque Poulbot (1879-1946) schilderde Montmartre zoals het was, met zijn straatkinderen die uiteindelijk zelfs ‘poulbots’ gingen heten, naar de schilder zelf. Een kleurrijk verhaal vol kleurrijke figuren en historische personages van Montmartre, de verzamelplaats voor kunstenaars en bohémiens aan het eind van de negentiende eeuw. Maar bovenal een verhaal van vriendschap en verbondenheid.”
Start van een nieuwe cyclus van de middeleeuwse fantasyreeks Legende waar Yves Swolfs zelf niet veel meer mee te maken heeft, behalve het schilderen van de covers. In het Frans verschenen al vier delen van deze nieuwe cyclus, voortaan het werk van Stéphane Collignon en Ange die al hebben samengewerkt voor een album in de reeks De Orde van de Drakenridders.
Eerst verschijnt de hardcover (21,95 euro), in juni volgt de softcover (10,95 euro). En tegelijk met de hardcover komt het album ook uit in een gelimiteerde verzamelaarseditie in zwart-wit (29,95 euro). De volledige eerste cyclus, alle zes albums, wordt door Daedalus trouwens voor het eerst uitgegeven in softcover en tegelijk ook als gelimiteerde editie in zwart-wit. Deze maand komt deel 1 uit in beide versies, in mei volgt deel 2.
“Terwijl Tristan von Halsburg voor zijn leven vecht in de vikingwinter, wordt zijn hertogdom bestuurd door Humbeline en haar echtgenoot Alexander. Maar er heerst onvrede, zowel tussen de kasteelheren en de boeren als tussen de bandieten van Judith en die van de horde. Bovendien heeft ook Diederik de Ontaarde snode plannen met zijn leger, dat langzaam oprukt…”
“Van de rode elfen blijven alleen Lea’saa, Feda’saa en hun twee tweeling nog over. Maar Belthoran, de magiër, vertelt hun een Kulu-legende over de landen van Ogon. Een belangrijke rol daarin is weggelegd voor hun goden, de Zul Kassaï. ‘Zul Kassaï’ betekent trouwens ‘onsterfelijke met rode huid’. Lea’saa trekt naar de landen van Ogon in de hoop dat de rode elfen, dankzij die legende, een nieuwe dynastie zullen kennen.”
Nieuw verhaal over een historische paus, in dit geval Pius XII (1876-1958), die tijdens de opkomst van het nazisme regeerde. Het verhaal in twee delen volgt de achtergrond van de paus die zich diplomatisch moest opstellen.
“Parijs, 12 december 1963. Rachel woont een toneelstuk bij, De Plaatsbekleder, waarin paus Pius XII ervan wordt beschuldigd te hebben gezwegen over de genocide op de Joden. Rachel is twintig, een groot deel van haar familie werd gedeporteerd, ze wil meer weten… Maar de opvoering van dit toneelstuk wordt onderbroken door extremisten: ‘Heiligschennis!’, ‘Karikatuur!’, ‘Weg ermee!”’ en zelfs een angstaanjagend ‘Vuile Joden!’ wordt geuit… De radeloze Rachel vlucht over de natte stoep. Wanneer ze valt, komt een vrouw haar te hulp. Zij is Miriam, de dochter van Israël Zolli, de opperrabbijn van Rome die zich bekeerde tot het christendom en Eugenio als doopnaam nam als eerbetoon aan de paus. Samen volgen ze de weg van de toekomstige paus, van zijn jeugd in Rome tot het conclaaf van 1939. Hoe Eugenio Pacelli, die geen paus wilde zijn, Pius XII werd op het moment dat de mensheid op het punt stond in de meest verschrikkelijke en complexe periode van de twintigste eeuw terecht te komen…”
“Doen de verhalen van de straalvogel en de vliegende bol jou ook altijd wegdromen? Goed nieuws, met deze papieren vliegtuigjes om zelf te vouwen ga je Jommeke achterna en ontpop je je tot een echte piloot. Organiseer een heuse vliegwedstrijd en test uit welke modellen het hoogst, het snelst en het verst vliegen.”
De opwarming van de aarde door de mens heeft ook effect op het binnenste van de planeet. Daar houden zich sing jaren en dag de dwergen schuil. Nu zullen ze hun verborgen plekken moeten verlaten.
Fred was het allereerste prentenboek van tekenaar en schrijver Posy Simmonds. Het was meteen een succes en werd bekroond met een Vlag en Wimpel. De gelijknamige verfilming werd bovendien genomineerd voor een Oscar. Fred is een klassieker en nu eindelijk weer leverbaar.
Alle buren zijn bedroefd als ze van Nick en Sophie horen dat Fred, hun kat, dood is. Fred was een goede bekende omdat hij in de hele buurt zijn kattenslaapjes deed: op muren, auto’s en vuilnisbakken. Of in huis op de strijkplank, in de wasmand of op de ijskast. Eigenlijk sliep Fred altíjd – al onderbrak hij zijn slaap soms om spinnend op schoot te zitten en te eten. Nick en Sophie worden midden in de nacht wakker van een vreemd geluid in de tuin. En dáár ontdekken ze het grote geheim, van Fred, hún Fred, de beroemdste kat van de wereld!
Posy Simmonds tekende jarenlang een wekelijkse column voor The Guardian. Ze schrijft boeken voor kinderen en volwassenen, waaronder Rozemarijn, De kat van de bakker, Gemma Bovery en Cassandra Darke. Haar werk is meermalen bekroond, onder andere met de grote prijs van Angoulême, de Grand Prix 2009 de la Critique Bande Dessiné, voor Tamara Drewe.
De liefde. Er gaat niets boven de ware liefde. A snakt naar B en B houdt zielsveel van A. Na een treinreis van twee dagen komt de cowboy-kunstenaar B eindelijk aan in Brussel. De stad staat vandaag bekend voor haar meer, strand, bergen en casino. Het Monaco van de lage landen. Cowboy B laat zich niet verleiden en gaat gezwind naar het hotel Metropole op de top van de berg. Daar zal hij eindelijk zijn grote liefde A ontmoeten. Eenmaal aangekomen zegt de piccolo van dienst dat A hem aan de achteruitgang verwacht. B rept zich naar de tuinen aan de achterkant van het hotel, maar wordt daar overvallen door een indianenstam. Op hetzelfde moment, of achttien jaar geleden — het is maar hoe jij het bekijkt — wordt A met een taxi afgezet in hotel Metropole. Eindelijk gaat ze de liefde van haar leven ontmoeten. Hij is letterlijk de rode draad van haar leven. Hij zorgt ervoor dat er geen einde aan haar reis kan komen en dat ze samen eindeloos jong en fris blijven.
Wat een geweldig mooi uitgegeven boek is dit! Heerlijk ruikend, dik ongewassen papier en zo prachtig ingekleurd met roze en blauwe tinten. Voeg daarboven de fenomenale, expressieve tekeningen van Blutch, die een al seks en verwarring uitstralen, en je hebt een strip die we eerst verrukt hebben doorbladerd. Zelden hadden we zoveel goesting om een strip te lezen. Wat er daarna gebeurde, hadden we niet verwacht. Het begint al bij al normaal, maar al snel heeft deze strip geen verhaal meer. Het is enkel verwarrende liefde, gedrenkt in tonnen psychoanalyse — ja, we overdrijven niet — en pure droombeelden. Na een eerste lezing begrijpen we er niets van. Maar Een Zee te Hoog blijft ons aantrekken en we blijven hem herlezen. Stilaan begint er iets te dagen. Is het begin niet het einde? Waarom is het verhaal al bezig vanop de achterkant van de kaft en stopt het op het einde van de beschikbare pagina’s niet? Is dit hele boek een Moebiusring die we eindeloos kunnen herbeleven, of zijn we slechts een voyeur van het moment? Wat betekenen al die referenties naar de grote cinema van FedericoFellini, banale kinderspelletjes, maar ook naar klassieke strips zoals Kuifje in Amerika, Mœbius’ Edena, de enorme bloementuin van Rommelgem en een bijna kopie van een scène uit Giuseppe Bergman van Milo Manara? Waarom gaat B van links naar rechts en A van rechts naar links, letterlijk wandelend op een rechte lijn tussen beiden? Zijn de Napoleontische oorlogstekeningen een metafoor voor een woelig evenwichtsmoment in hun relatie? Is dit überhaupt niet te intiem om te delen met de buitenwereld? Waarom al die banale clichés over de liefde? Hoe massaal onze vragen ook zijn, alles valt in het niets bij de ongelofelijk straffe tekeningen. Wat een talent!
Een Zee te Hoog is een en al hypnose, droomdwang en een eerbetoon aan alles wat nooit expliciet is ingesproken. Is dit geniaal? Is dit over het paard getild? Zeg jij het maar. Wij zijn nog aan het bekomen en lezen het album morgen nog eens. Hier zijn we nog niet klaar mee.
Moon begon zijn artistieke carrière met graffiti in de jaren 1990. Na een paar jaar autodidactisch tekenen volgde hij een opleiding aan de kunstacademie, wat hem ertoe bracht te werken als grafisch ontwerper en artdirector en vervolgens les te geven in grafische vormgeving. Onder het pseudoniem Moon blijft hij in zijn tekeningen en schilderijen een persoonlijk universum ontwikkelen. Tegenwoordig is dit het project waaraan hij zich volledig wijdt. Deze creaties zijn voornamelijk verzameld onder de naam Polychröm Symbiosis, waarvan het belangrijkste thema is om op een droomachtige en surrealistische manier de symbiose van mens en plant te illustreren. Dit universum wordt uitgedrukt door illustraties op sociale netwerken, in galerijen via tentoonstellingen (solo of collectief) en door kunstboeken.
365 Squares is het ietwat gekke project van Moon om een jaar lang elke dag een tekening te maken op een vierkant formaat van 15 x 15 cm. In dit artbook vind je tekeningen, allemaal met de hand gemaakt met verschillende media (grafiet, kleurpotloden, inkt, aquarel, enzovoort).
Moon begon zijn artistieke carrière met graffiti in de jaren 1990. Na een paar jaar autodidactisch tekenen volgde hij een opleiding aan de kunstacademie, wat hem ertoe bracht te werken als grafisch ontwerper en artdirector en vervolgens les te geven in grafische vormgeving. Onder het pseudoniem Moon blijft hij in zijn tekeningen en schilderijen een persoonlijk universum ontwikkelen. Tegenwoordig is dit het project waaraan hij zich volledig wijdt. Deze creaties zijn voornamelijk verzameld onder de naam Polychröm Symbiosis, waarvan het belangrijkste thema is om op een droomachtige en surrealistische manier de symbiose van mens en plant te illustreren. Dit universum wordt uitgedrukt door illustraties op sociale netwerken, in galerijen via tentoonstellingen (solo of collectief) en door kunstboeken.
365 Squares is het ietwat gekke project van Moon om een jaar lang elke dag een tekening te maken op een vierkant formaat van 15 x 15 cm. In dit artbook vind je tekeningen, allemaal met de hand gemaakt met verschillende media (grafiet, kleurpotloden, inkt, aquarel, enzovoort).
Schaduw over Berlijn, door Arne Jysch naar de roman van Volker Kutscher krijgt er met deze editie een stofomslag en artprint bij.
“1929. De economie, cultuur, politiek, alles verandert radicaal. Naast de cultuur bloeit echter ook de georganiseerde misdaad, terwijl de politieke spanningen toenemen. Wanneer de jonge ambitieuze commissaris Gereon Rath op eigen houtje gaat handelen, raakt hij verzeild in een moeras van drugshandel, corruptie en politiek”.
Vervolg van de driedelige fantasyreeks met dieren in de rollen.
“Kgosi, een gevallen en aan geheugenverlies lijdende koning, dwaalt door de landen van het noorden. Geleid door Othila de muis komen de krijger en zijn metgezellen aan in de hut van de sjamaan Logrine, waar hem angstaanjagende onthullingen over zijn verleden wachten. Verbijsterd vervolgt Kgosi zijn zoektocht naar verlossing die hem naar de zuidelijke landen en het huis van Wilt leidt. Een pad vol ongeluk bezaaid met dodelijke ontmoetingen…”
Nieuwe fantasyreeks van Étienne Willem en Pierre Pevel die al samen De Artilleuses maakten.
“1909. Welkom in het Parijs der wonderen! Louis Denizart Hippolyte Griffont, magiër en gentleman, moet een bedrieger ontmaskeren die magie gebruikt om een chique Parijse gokkring op te zetten. Tegelijkertijd wordt hij ondergedompeld in het hart van een staatsaangelegenheid waarbij de Ander Wereld betrokken is. En alsof dat nog niet genoeg is, duikt een zeer aantrekkelijke afvallige fee/spion/inbreker steeds op…”
Dezelfde auteur van De Dame van de Ansichtkaarten presenteert met De Kleine Astronaut een intimistisch drama.
Elk jaar maakt Juliette haar pelgrimstocht per fiets naar de wijk waar ze is opgegroeid. Maar dit jaar hangt er voor de oude familieflat een affiche: Te koop – Open huis. Als ze de deuren van haar ouderlijk huis opent, komen de herinneringen terug. De vrienden, de kleine vreugden, maar vooral de schokkende komst van haar broer Tom: de kleine astronaut.
De Kleine Astronaut van Jean-Paul Eid is een ode aan het leven, een ontroerend verhaal over een zwaar gehandicapt kind. Tom kan niet lopen of praten, maar zijn glimlach getuigt van zijn geluk en geeft betekenis aan het leven van een hele familie.
Met dit album geeft Uitgeverij HUM! een laatste album uit van Fred van wie de uitgeverij al de complete reeks Philemon heeft (her)uitgegeven en zeven andere one-shots.
De Raaf en De Vos verscheen oorspronkelijk in 1988 bij Flammarion in het Frans. Uitgeverij HUM! geeft de heruitgave uit 2013 uit. Het is een volstrekt eigen, cynische interpretatie van de dierenfabel De Raaf en de Vos waarin Fred als striptekenaar in een winterlandschap in dialoog gaat met de raaf, een dier dat wel vaker voorkomt in zijn œuvre.
“De Raaf en De Vos is — zelfs in het bijzondere œuvre van Fred — een merkwaardig album waarin hij een wandeling over het platteland gebruikt voor een bizarre dialoog tussen schrijver De Vos en een raaf. Bespiegelingen over het leven, fraaie taal, spelletjes met woord en betekenis. Met als basis natuurlijk de combinatie van zonderlinge humor en een zekere melancholische poëzie die Fred eigen is. Een waardige afsluiting.”